Dear employer, you commanded me
Your commendations now don’t mean as much
‘Cause I’m a lost cause, causing a problem
And I promise to be way out of touch
Dear Employer, The Minus Five, Down With Wilco, 2003
De werkgevers zijn al wekenlang bezig met een kruistocht voor de versoepeling van het thuiswerken. Zelfs als vastgesteld wordt dat 40% van de besmettingen tot de werkvloer kunnen teruggebracht worden, blijven VBO en Voka bij hun pleidooi. Premier Decroo stuurde hen wandelen. Thuiswerken blijft broodnodig in de strijd tegen corona, zei hij, na een fysieke vergadering weliswaar. Toch blijven werkgevers klagen dat “de verbinding tussen werknemers en bedrijf afbreekt” en dat “hun mensen mentaal op hun tandvlees zitten”.
Het opgelegde thuiswerken, dat juridisch geen mogelijkheid laat om tussendoor op het kantoor te verschijnen, heeft zonder twijfel negatieve gevolgen voor het geestelijke welzijn. Zoomvergaderingen kunnen fysieke vergaderingen niet vervangen. Maar vooral het gebrek aan menselijke warmte en groepscreativiteit knaagt. Werknemers missen hun collega’s die ook kennissen en soms vrienden zijn.
Het is opmerkelijk dat vakbonden de smeekbede van de werkgevers niet overnemen. Kan het zijn dat vakbonden er niet van overtuigd zijn dat werknemers het hebben gehad met het thuiswerken? Nogal wat vakbondscentrales, waarvan niet weinig voor corona rabiaat anti-thuiswerken waren, stelden bij hun werknemers weinig animo vast om weer iedere dag naar Brussel te komen en worden nu geconfronteerd met de eis van hun interne vakbond voor hybride systemen in het post-coronatijdperk.
In menige digitale vakbondsvergadering zal er dezer dagen smalend gelachen worden met de grote bekommernis van werkgevers over het tekort aan verbinding. Je kunt haar geen ongelijk geven. HR Square berichte in 2015 over een studie van Steelcase die aantoonde dat Belgische bedrijven, op Frankrijk na, het laagste aantal betrokken werknemers van de Oeso-landen telden. Slechts 6 procent beschouwt zichzelf als sterk betrokken bij zijn werkgever. 37 procent is niet onder de indruk van het management. Bovendien vindt slechts 50 procent van de Belgen dat hun organisatie het beste in hen naar boven brengt en slechts 41 procent meent dat die hen erkent en naar waarde schat.
Dat was geen momentopname. SD Works, dat sedert 2009, ieder jaar een onderzoek doet naar werknemersbetrokkenheid, stelt een stelselmatige achteruitgang vast. Raar toch, als blijkt dat bedrijven met betrokken medewerkers 2,5 keer meer omzet creëren. Organisaties met gelukkige en betrokken medewerkers laten een productiviteitstoename van 31% zien. Werkgevers zouden dus beter moeten weten, maar de Command & Controlcultuur is bij vele van onze bedrijven belangrijker dan een wetenschappelijk onderbouwde HR-politiek.
Werkgevers zweren blijkbaar bij uitspraken als «De zingeving van werk zit onder andere in het inkomen», terwijl iedere serieuze studie hierover stelt dat, tenzij bij onderbetaling, het loon, loonsverhoging of zelfs bonussen, slechts gedurende enkele weken het engagement bij werknemers stimuleert. In de Vlerick White Paper hierover wordt dit de grootste mythe van werkverbinding genoemd. Mensen worden pas echt gemotiveerd door intrinsieke beloningen zoals uitdagingen, het vooruitzicht de doelstellingen te halen en grotere verantwoordelijkheden.
Dat is ook de stelling van Bart Derre en Matthieu Weggeman die verder adviseren fel te investeren in de team flow. Leidinggevenden moeten een hitteschild zijn voor de teams tegen de bureaucratische regelneverij en de teamdynamiek laten werken. “Dat betekent dat teams beslissen wie wel of niet toetreedt tot het team”. Dat heeft de regering Decroo nog niet begrepen. Straks krijgen beheerraden van een pak overheidsbedrijven mensen binnen die ze niet alleen niet kozen. Ze weten zelfs niet wie het zal zijn. Ze kennen enkel de partijkleur. Die is door de federale regering vastgelegd. Zonder twijfel zorgt dit voor grote verbondenheid tussen Team 11 miljoen en zijn politieke leiders
Naschrift
Deze tekst verscheen (verkort) als column in De Tijd van 20 maart 2021.
Het was de 220ste en laatste column voor De Tijd.