In the year 2525, if man is still alive
If woman can survive, they may find….
I’m kinda wonderin’ if man is gonna be alive
He’s taken everything this old earth can give
And he ain’t put back nothin
In The Year 2525, Zager And Evans, 1969, single
Lieve Emma,
Ik wens je, méér dan honderd jaar lang, alle goeds toe, lieve Emma. Jij kent mij nog niet; ik ken jou al een beetje: ik heb jou gekozen omdat jij het eerste meisje bent dat morgen, 1 januari 2014, geboren wordt in Vlaanderen en dus ben jij – zo berekenden mijn medewerkers – de éérste van de generatie die méér dan 50 procent kans heeft om ouder dan 100 jaar te worden.
Je kan deze brief nog niet lezen. Niet erg: je hebt tijd tot 2060. Want daarover gaat hij. Dat jaar boeit me erg. Hoe zal de wereld er dan uit zien? Ik hoop dat jij me dat tegen die tijd kan melden.
Jij bent dan 46, in de fleur van je leven. Wellicht heb je al volwassen kinderen. Ik zelf, hoop tot 2060 te leven omdat de erfpacht van mijn Gentse Begijnhofhuis tot dan loopt. Maar die kans is klein: ik ben een man; vandaar deze brief.
2060 is echter vooral het jaar tot waar de prognoses lopen die mijn medewerkers maken. Ze maken die voor ‘de sociale zekerheid’ waarvoor wij werken.
Ik hoop dat jij dat nog kent, in 2060: de sociale zekerheid; voor ons is dat ‘de vertolking van de solidariteit onder de mensen’: een collectieve verzekering voor gezondheidskosten bijvoorbeeld. Het pensioen is een ander voorbeeld; dat zal nog wel bestaan, maar zal zeker niet meer ingaan op 55, 60 of 65 jaar, als jullie allemaal 100 worden.
Wat je wellicht niet meer kent, is wat wij ‘kinderbijslag’ noemen: een uitkering voor mensen met kinderen. Dat dateert uit de tijd toen kinderen krijgen moeilijk te plannen was. Het was ‘een risico’ en kon gezinnen in de armoede storten. Die uitkering is lang blijven voortbestaan. Ook vandaag, in 2014, al is het kindertal perfect beheersbaar en al zie je dat kinderen hebben – toch in de families die al generaties hier wonen – veeleer een uiting is van rijkdom dan een risico op armoede. Almaar meer vrouwen weten dat koppels niet stabiel zijn en beginnen pas aan kinderen als ze zeker zijn dat zij er zelf voor kunnen instaan. De meeste gezinnen met kinderen hebben geen geld tekort, maar wel kinderopvang.
Wat je wellicht ook niet meer kent, Lieve Emma, is wat wij de werkloosheidsverzekering noemen: een uitkering voor wie zonder werk valt. Dat laatste kon toen iedereen overkomen, nu almaar minder, en in jouw wereld wellicht niet meer. Elk jaar zien we de tweedeling in de samenleving groter worden: tussen de verstandigen en hooggeschoolden enerzijds – voor wie werkloosheid nu al haast niet meer bestaat – en de anderen voor wie werkloosheid – de regel is.
Van de 18-jarigen waarvan de grootouders al hier woonden, volgt nu, anno 2013, al 72 procent hoger onderwijs. In jouw groep is dat zeker 90 procent. Werkloosheid is een onbekend woord voor hen. De werkloosheidsverzekering is voorzeker een uitkering of een hulpsysteem geworden voor laaggeschoolden en mensen met een laag IQ. Dat wordt almaar meer erfelijk omdat mensen almaar meer met soortgenoten omgaan en kinderen maken. Vroeger kwam klasse-overschrijding vaker voor. Een arts huwde vroeger een verpleegkundige, vandaag trouwen artsen met artsen.
En hoe staat het met de barmhartigheid, beste Emma? Marc Elchardus, een prof sociologie die ik waardeer, ziet die in zijn onderzoeken jaar na jaar afnemen. Mensen willen bijvoorbeeld nauwelijks nog betalen voor de gezondheidszorg van hoogbejaarden, of van mensen met ongezonde leefgewoonten. Dat ze hun plan trekken, luidt het almaar vaker. is dat in 2060 nog erger geworden?.
En hoe staat het met het onderwijs intussen? Ik heb ooit in een raad ervan gezeten. Wat was daar moeilijk te veranderen, zeg! Gaat dat intussen al wat beter? Wordt er al meer zelfstandig geleerd? is er meer differentiatie? En hoe zit het met de jongens? Die doen het almaar slechter. Misschien omdat het onderwijs en zijn overwegend vrouwelijke leerkrachten niet weet hoe hun talenten aan te boren.
En hoe doen ze het in het werk? In mijn diensten – we lopen altijd voorop – heb ik een gelijkekansenbeleid voor mannen moeten instellen. Vrouwen slagen beter in proeven; zij zijn de besten; zij slagen in de tests én in de praktijk. Ook omdat ze op jonge leeftijd al weten wat ze willen. Mannen spelen langer, ze binden zich nog niet, ook niet aan het werk. Dat verandert pas later. Is dat intussen al bijgestuurd?
Ik heb nog vele vragen over dingen die ik zie evolueren. Jongeren willen steenhard werken, maar het werk zal nooit nog belangrijker voor hen zijn dan hun familie en hun echte vrienden. Hun netwerk gaat voor. En terecht want meer dan wat dan ook, dat bepaalt je kansen. Een werkgever die dat niet erkent, zal hen verliezen. Mensen werken ook beter als ze gelukkig zijn. Het ‘nieuwe werken’ dat wij hebben ingevoerd, vertolkt dat ook: maak mensen gelukkig, laat ze erken waar en wanneer ze het willen en ze zullen graag en goed voor u werken. Hoe is dat denken intussen geëvolueerd?
Hier zijn er nog altijd werkgevers die werknemers willen controleren, en vakbonden die willen verbieden dat mensen willen werken tussen 18 uur en 8 uur ’s morgens.
Hoe evolueert het vervoer, dat boeit me ook. Onlangs hebben ze me – tevergeefs – gevraagd het treinbedrijf te leiden. Ken je dat nog, treinen? Ik denk dat er morgen alleen nog openbaar vervoer zal bestaan, of een kruising tussen openbaar en privévervoer: we zullen allemaal onze karretjes aanhaken aan wagentjes die achter elkaar, in blok, op de volle wegen voortgetrokken worden. Intussen werken wij of doen we andere dingen.
De grootste vraag, Lieve Emma, is echter of de wereld nog bestaat. Er zijn er die zeggen dat mijn generatie die naar de verdoemenis helpt. Recent stelde men aan grote Amerikaanse wetenschappers de vraag of de wereld nog zal bestaan in 2100. Geen een durfde daar nog geld op inzetten. Lees deze brief toch maar vóór 2060 en verwittig ons als we nog kunnen bijsturen.
Deze nieuwjaarsbrief verscheen op 31 december 2013 in De Standaard. Mijn grote dank is voor Guy Tegenbos die dit écht schreef nadat hij een voormiddag mijn gebazel over de toekomst moest aanhoren en er een mooi geheel van maakte.
In The Year 2525, Zager And Evans: http://www.youtube.com/watch?v=N03Uoj6p9QA