Ruimteruimen

sugar
How can I explain away something that I haven’t done
And if you can’t trust me now, you’ll never trust in anyone
With all the crazy doubts you’ve got, I love you even still
But if I can’t change your mind then no one will
If I can’t change your mind

If I can’t change your mind, Sugar, Copper Blue, 1992
http://tinyurl.com/p4de5fu

Het had moeite gekost. Maar de kogel was door de kerk. De administratie zou overgaan naar het nieuwe werken. Met alles erop en eraan. Niemand nog zijn eigen bureau. De gebruikelijke tegenstanders hadden zich al snel gemeld. Maar toen ze zagen hoe het er zou uitzien waren de meesten snel overtuigd: het zou geen zielloze witte open space worden maar een stille, kleurrijke en visueel rustige omgeving. En vooral: ze zouden er zelf veel over kunnen beslissen. De anderen gingen om na een bezoek bij onze FOD.

Het moeilijkst te overtuigen was het management. De argumenten waren ingenieuzer maar het kwam er eigenlijk op neer dat het bureau bij het arsenaal statussymbolen hoorde, zoals een eigen secretaresse, een bijna grenzeloze firmakredietkaart en een Duitse bedrijfswagen, op voorwaarde dat het type een cijfernaam had dat groter was dan 5. Maar toen het verplicht gebruiken van een hybride wagen met de pipetmatige zorgvuldigheid die je normaal associeert met het betere in vitro-fertilisatiewerk, uit het veranderingssschema was gelicht, bleken ook die geesten gerijpt.

De administratie ging gezwind over tot het opstellen van de aanbesteding voor kleurrijk meubilair, geluiddempende wanden en ziektendodende tapijten. Het werkstuk stootte op het virulent negatieve advies van de inspecteur van financiën. Als de argumenten van het hogere management al vindingrijk waren, dan waren die van de Yjef, zoals de persoon met die functie steevast wordt aangeduid in administratiemiddens, ronduit creatief. Het scheelt natuurlijk wel een slok op de borrel wanneer je adviezen kan geven waarvoor je nooit rekenschap moet geven, laat staan dat je, wanneer je je deerlijk vergist, je wel eens je job kunt verliezen, zoals bij mandaathouders.

Met de behoedzaamheid van de groenwerker die een egel uit een historische rozentuin moet verwijderen, werd Yjef benaderd. Dat geschiedde niet alleen met de meest steekhoudende inhoudelijke weerlegging van de argumenten maar ook door personen wier weinig verhullende persoonlijkheid niet ongemerkt aan de immer waakzame ogen van Yjef konden voorbijgaan. Natuurlijk was de echte reden van de weerstand een diepe weerzin om een riant kantoor mét uitzicht te moeten afstaan.

Ultiem, nadat nagenoeg alle argumenten waren weggesmolten verschool Yjef zich met de verbetenheid van de ijsbeer op een zwaar geërodeerde gletsjer, achter het laatste argument. “Ik moet met zeer belangrijke, vertrouwelijke documenten omgaan”, zei hij met een gebaar dat zijn belangrijkheid nog meer moest onderstrepen, tegen de Leidende Ambtenaar die tot zijn ontzetting voelde dat hij zijn steekvlamgewijs opstekende woede niet meer kon onderdrukken. “Maar je moet je toch uitspreken over de dossiers die ik je stuur? En ik heb daar geen bureau voor nodig!” , stootte hij uit, direct beseffend dat hij het zorgvuldig opgebouwde diplomatische discours van de laatste weken met één ademstoot zou opblazen.

En zo komt het dat niemand in die administratie nog zijn eigen bureau heeft, waardoor de uitgaven voor logistiek met 55% zijn verminderd. Niemand, buiten vanzelfsprekend de persoon die toeziet op het oordeelkundig uitgeven van de kredieten. Hij vertoeft als vanouds in het riante kantoor mét uitzicht.

Op het hoekje van het bureau van Yjef ligt een bibliofiel uitgegeven boek van Leo Tolstoi, dat hij cadeau kreeg van de Leidende Ambtenaar, nadat hij uiteindelijk, maar weliswaar na welbepaalde mondelinge afspraken, een gunstig advies over de aanbesteding had uitgebracht. Het boek echt lezen heeft hij nooit gedaan want anders was hem de met zacht potlood onderstreepte zin op pagina 189 opgevallen. “Iedereen wil de wereld veranderen, maar niemand denkt eraan zichzelf te veranderen.”

Deze tekst verscheen als column in De Tijd van 18 juli 2014, zij het hier en daar wat ingekort wegens zomerdunne editie. Wat je hier leest is de onverdunde versie.

Over Frank Van Massenhove

Volg mij op Twitter: @FVMas
Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s