Mama, No Wo Homme Hon?
We Kunn ier toch nie bluvn stoan?
Mama (No Wo Homme Hon), Flip Kowlier, Otoradio, 2010
Het was vaste routine in de vroege jaren zeventig net voor de zaterdagmiddag ten huize Van Massenhove. Ik, pas aangekomen uit het verre Gent: “En mama, hoeveel mensen wonen er deze week in Zerkegem?” “1204 zielen en gij”, was haar vaste antwoord om vervolgens in een onbedaarlijke lach te schieten. Ik was officieel de enige vrijzinnige van het dorp. Zelfs Jacobus Vandenbussche, de enige socialist van Zerkegem, had iedere week zijn vaste stek in de zaterdagavondmis.
Iedere Zerkegemnaar kende Ko Bushe en Ko Bushe kende zijn Zerkegemnaren. Hij wist dat niemand op een atheïst zou stemmen. En er wérd op hem gestemd. Van de negen gemeenteraadsleden waren er niet minder dan vier socialist, merkwaardig toch voor een gemeente met één socialist. Ko had alle moeite om telkens weer een lijst met 9 kandidaten bij elkaar te krijgen. Hij moest gepensioneerde cafévrienden pramen om de plaatsen op te vullen. De meeste Zerkegemnaren waren bang om de burgemeester en de pastoor te mishagen. Zerkegem bestond uit boeren en werkmensen. De boeren wilden een fatsoenlijke weg naar hun velden. Dan ga niet op de tenen van de burgemeester staan. Nergens lag zowel tarmac als in de Zerkegemse polders. Werkmensen hadden alleen werk op voorspraak van de pastoor, de roemruchte Zorro voor wie het Tweede Vaticaans Concilie niets minder was dan een staatsgreep van de Antichrist.
Papa en Ko waren jeugdvrienden, hadden samen gevoetbald bij FC Leffinge en zagen elkaar veel en graag. Als jongetje dacht ik dat Louis Armstrong zijn Wonderful World (I see friends shaking hands saying how do you do but they’re really saying is I love you) over hen zong. Aan onze keukentafel hoorde ik verhalen over burgemeesters die een deal hadden met de pensioendienst. Pensioendossiers werden tegengehouden tot de burger op dienstbetoon bij de burgemeester ging. Na een kort telefoontje van de burgervader met Brussel kwam al enkele dagen later de bevrijdende pensioenbrief. De burgemeester wist zich voor decennia verzekerd van de electorale dankbaarheid van de ganse familie. De anders zo rustige Ko kon zich daar enorm over opwinden en ook hij werd daar electoraal voor beloond. Door werkmensen – boeren stemden nooit op socialisten – die zich vernederd voelden door de gestelde lichamen van Zerkegem.
Ko kwam me voor de geest toen ik in De Morgen van 4 mei las dat bouwaanvragen arrangeren helemaal terug was. Projectontwikkelaars die weten op welke receptie je moet zijn en mensen die de weg kennen, krijgen hun ding gedaan. In sommige gemeenten hebben ze ieder jaar een nieuwe stedenbouwkundige ambtenaar in dienst, stelde professor Johan Ackaert vast. “Ze vertrekken gefrustreerd omdat ze in botsing komen met een lokale mandataris”. Jan Leroy van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten wijst erop dat gemeenten vaak niet over het geschikt personeel beschikken. Hij vraagt betere financiering.
Het is zeer de vraag of dat de goede oplossing is. Als je kiest voor dorpspolitici krijg je vriendjespolitiek. De oplossing lijkt me veeleer in beleidskrachtige gemeenten te liggen. Buitenlandse collega’s die onze kunststeden met de auto bezoeken kijken met toenemende verwondering naar de ketting van kleine gemeenten die ze door moeten om van de ene stad naar de andere te rijden. Maar in ons land is er geen kans op een gemeentelijke herfusiebeweging. De politieke moed ontbreekt totaal. Elke partij is bang voor de opstand van zijn electoraal gewichtige burgemeesters en schepenen.
In goed geleide landen wordt gekozen voor drie structuren: landelijk, regionaal en stadsgewesten. Het contact met de burger geschiedt door lokale ambtenaren van sterk autonome steden, die de burger ook bijstaan in landelijke en regionale materies. In België kiest men voor te grote federale en regionale administraties, onnodige provincies en zwakke gemeenten. Tel er nog een nutteloze senaat bij en je kan alleen maar meewarig glimlachen als er weer een politicus over het grote overheidsbeslag begint.
Mag ik je, lieve lezer, wel op het hart drukken niets over deze column aan mijn mama te vertellen? Zelfs na 40 jaar heeft ze de fusie van haar geliefde Zerkegem met het arrogante Jabbeke nog niet verteerd. Ik wil zondag graag met haar van een rustige Moederdag genieten.
Video Flip Kowlier – Mama (No Wo Homme Hon): https://www.youtube.com/watch?v=f4nx_5KRJW0
Video Louis Armstrong – What A Wonderful World https://www.youtube.com/watch?v=E2VCwBzGdPM
Dag Frank,
Leuk dat jij eens een column schrijft waarin je verwijst naar mijn vader. Ik vond het heel fijn dit te lezen. Niet alles is volgens mij helemaal historisch juist, maar het beeld dat je van hem schetst klopt helemaal.
Paul Vanden Bussche
zoon van Ko Busche