Got nothing against a big town
Still hayseed enough to say
Look who’s in the big town
But my bed is in a small town
Oh, and that’s good enough for me
Small Town, John Mellencamp, Scarecrow, 1985
Aan de parlementaire onderzoekscommissie naar de aanslagen van 22 maart, is er tot het einde van het jaar, tenzij je in zomer- én winterslaap gaat, geen ontkomen, al is een sterke interesseverzwakking tijdens het EK voetbal niet uitgesloten. De opdracht van de commissie ligt vast: de reconstructie van wat gebeurde op 22/3, de werking van de veiligheidsinfrastructuur en een analyse van het radicalisme in België. Dat lijkt logisch maar het is niet wat de internationale pers er over denkt. Dat ondervond Premier Michel deze week toen hij hen tijdens een persconferentie mededeelde dat België weer normaal functioneerde. De buitenlandse journalisten waren niet echt onder de indruk. Ze bleven doorvragen of België al dan niet een failed country en Brussel een hellhole is.
Als ons land zijn serieux wil terugwinnen, zal de onderzoekscommissie op die vragen een overtuigend antwoord moeten geven maar het is hoogst onwaarschijnlijk dat onze parlementairen zich in dat woelwater durven begeven. De partijen die nooit deel van een regering uitmaakten zetelen niet in de commissie, want te klein. Dus heeft iedere partij die wel vertegenwoordigd is, potentieel boter op het hoofd en zullen hun afgevaardigden zich ver houden van kritiek op hun collega’s uit andere partijen uit schrik voor de terugslag.
Maar dan zal de commissie een recordreeks aan reuzenslaloms moeten uitvoeren om de disfuncties te ontwijken die ons staatsbestel al decennia teisteren. Vroeg of laat komt men tot de vaststelling dat er onvoldoende geïnvesteerd is in ons veiligheidsapparaat en dat dit te maken heeft met de verkeerde keuzes in de (noodzakelijke) besparingspolitiek. Onze politici heiligen al jaren het principe van de lineaire besparing en vinden dus dat de controle of een onderneming wel over afzonderlijke toiletten voor mannen en vrouwen beschikt even belangrijk is als de strijd tegen de terreur. Op beide wordt procentueel evenveel bespaart, maar aan beide wordt dus procentueel ook evenveel uitgegeven. Al jaren worden we geconfronteerd met dit totale gebrek aan moed om prioriteiten te stellen en al jaren voorspel ik dat dit tot ellendige gevolgen zou leiden, al had ik nooit durven denken dat dat het de vorm van totale ontreddering zou aannemen.
Lineair besparen heeft onder meer tot gevolg dat een pak ambtenaren worden ingezet voor minder tot onbelangrijke en zelfs onnodige zaken en er tegelijk een tekort is voor echt essentiële taken. De onderzoekscommissie zal dus vaststellen dat onze staatsveiligheid tot voor een paar maanden amper beschikte over mensen die Arabisch begrepen en dus telefoons van potentiële terroristen aftapte zonder ze te begrijpen.
Belgische federale regeringen, centrum-rechts én centrum-links, zijn al jaren geobsedeerd door het verminderen van het aantal ambtenaren, en als gevolg niet geïnteresseerd in hun productiviteit en effectiviteit. In alle regeerverklaringen van deze eeuw staat dat men een efficiënte administratie wil, maar vanaf de eerste regeerdag wordt dat streven vakkundig gesaboteerd door lineaire besparingen, de facto wervingstops en totale onzekerheid over budgetten. Een mens zou gaan smachten naar een regering die zegt te streven naar een inefficiënte overheid.
Geen enkele regering, geen enkele partij, heeft een consistent idee over hoe een overheid in de 21e eeuw moet functioneren. In de veertien jaar dat ik voorzitter ben heb ik nul komma nul keer het voorrecht gehad om een premier te horen uitleggen wat hij van mij en mijn collega’s verwacht. Kun je je voorstellen dat de voorzitter van een Raad van Beheer van een bedrijf nooit een gesprek heeft met zijn CEO’s en directieleden? In de NV België is dat zo. De reden is niet dat een premier dat niet wil, de reden is dat hij niet weet wat te zeggen. Er is gewoon geen overheidstrategie in dit land.
Dus trekken overheidsdiensten verder zoals de Fanfare van Honger en Dorst, met steeds minder ambtenaren en steeds minder middelen. Vele van mijn collega’s vinden dat best. Ze begraven zich in hun dienst. Het delen van gegevens is in zo’n kerkhofcultuur geen prioriteit. Ze gaan nog liever dood dan het achterhaalde “kennis is macht” in te wisselen voor het bijdetijdse “gedeelde kennis is macht”. Dus zal de onderzoekscommissie vaststellen dat de acht databanken rond terreur die ons land rijk is, hun gegevens amper delen.
Let wel, we zijn niet zeker dat het er acht zijn. In De Morgen stond deze week een hallucinant verslag van een vergadering van het Comité I. “Hoeveel databasen zijn er?” vroeg iemand. “Zes”, zei onze minister van Binnenlandse Zaken, “Neen, negen” zei onze minister van Justitie. Niet dat deze ministers kneuzen zijn, ze zijn gebrekkig geïnformeerd door hun diensten.
En het is ook niet dat die diensten door onbenullen bevolkt zijn. Zo’n situaties krijg je als je mensen laat werken in een bestuurlijk vacuüm dat het gevolg is van een volstrekt ontbreken aan politieke moed, visie en strategie.
Die gebreken worden in Vlaanderen met grote gretigheid toegeschreven aan Franstalige politici die bijvoorbeeld niet inzien dat een Brussel met zijn vele politiezones een 21e-eeuwse aberratie is. Dan zijn mensen die ideologisch in de vorige eeuw bleven steken zoals een Yvan Mayeur, natuurlijk gefundenes fressen. Mayeur weet zich belangrijk omdat hij uitgenodigd wordt door de burgemeesters van Parijs en New York, die niet doorhebben dat hij enkel burgemeester van Brussel-Dorp is, en verweert zich tegen de idee van een geïntegreerde politiemacht – zoals in New York en Parijs – met de meest idiote argumenten.
Laat dat dan ook de argumenten zijn die alle Vlaamse partijen gebruiken om zich te verzetten tegen fusies van te kleine, en dus amper draagkrachtige Vlaamse gemeenten. Nederland, dat wel een bestuurlijke strategie heeft, heeft die fusiebeweging uitgevoerd omdat het doorheeft dat grotere plaatselijke entiteiten de burger meer heil brengen dan van nostalgie stikkende kerktorendorpjes.
Maar ik vroeg het vroeger al, vertel niets hiervan aan mijn lieve mama. Ze is nog altijd pisnijdig voor het annexatie van haar geliefde Zerkegem door het imperialistische Jabbeke in 1976. Of wacht, zeg haar dat het buitenland denkt dat ons land geleid wordt als een kerktorendorpje. Voor haar is dat een geruststelling.
Naschrift
Dit is de langere versie van de column die in De Tijd van 9 april 2016 verscheen.
De magnifiek nostalgische video Small Town: http://tinyurl.com/gmkommv
De muziekgeschiedenis stikt van de nostalgische liedjes over dorpen en steden, meestal de geboorteplek. Wim Sonneveld’s Het Dorp is het prototype:
Thuis heb ik nog een ansichtkaart
Waarop een kerk, een kar met paard
Een slagerij, J. van der Ven
Een kroeg, een juffrouw op de fiets
Het zegt u hoogstwaarschijnlijk niets
Maar het is waar ik geboren ben
Dit dorp, ik weet nog hoe het was
De boerenkind’ren in de klas
Een kar die ratelt op de keien
Het raadhuis met een pomp ervoor
Een zandweg tussen koren door
Het vee, de boerderijen
En langs het tuinpad van m’n vader
Zag ik de hoge bomen staan
Ik was een kind en wist niet beter
Dan dat ’t nooit voorbij zou gaan
Video: http://tinyurl.com/hfao6j2
Het lied is een vertaling door Friso Wiegersma, de partner van Sonneveld (onder het pseudoniem Hugo Verhage want toen was nostalgie nog heel gewoon maar homoseksualiteit niet) van La montagne van Jean Ferrat, een chanson over Antraigues-sur-Volane, een dorpje in de Ardèche, waar Ferrat niet geboren is maar waarop hij verliefd werd. Hij kocht er een verwaarloosd huis. Tijdens de verbouwing logeerde hij in het dorpscafé, waar de piano zou gestaan hebben waarop hij het weemoedige lied componeerde.
De weemoed naar een verloren plek brengt menig artiest op coverideeën. Veel rockliefhebbers denken dat Bruce Springsteen Jersey Girl schreef omdat hij het geregeld brengt op live-optredens. Maar het is oorspronkelijk een Tom Waitssong voor diens vrouw, Kathy Brennan, die hem verloste uit zijn liefdesverdriet na de breuk met Rickie Lee Jones, bekend van het euh, nostalgische “Chuck E’s In Love.” Brennan is geboren in Jersey, net als Bruce’s vrouw Patti Scialfa.
Video Bruce Springsteen: http://tinyurl.com/a4zhont
Video Tom Waits: http://tinyurl.com/ntndz9u
Video Rickie Lee Jones: http://tinyurl.com/zmxuong
Chuck E, in het rockleven Chuck E. Weiss, was nooit verliefd op Rickie maar op een meisje uit zijn geboortestad Denver. Hij schreef nooit iets over Denver, maar wel over Boston, al kan je het nummer bezwaarlijk nostalgisch noemen (edoch opletten, zijn groep heet The God Damn Liars) met teksten als:
He’s a rotten apple no one likes ‘cause he will steal from the blind
She a dirty little sociopath that never cleaned her big behind
He just got out of Angola, 20 years a stretch he didn’t commit
She was involved with a certain kind of lovey, you know that superficial twit
Well, I’m just like Boston Blackie yes I am
Video Chuck E Weiss: http://tinyurl.com/nuahezz
Voor de namedroppinglovers: Johnny Depp bespeelt hierop de drums.
Boston (gelegen langs de toen nog vuile Charles-rivier) werd wel liefdevol bezongen door The Standells in het ronduit sublieme Dirty Water: http://tinyurl.com/hmmz4ll
Yeah, down by the river
Down by the banks of the river Charles
Aw, that’s what’s happenin’ baby
That’s where you’ll find me
Along with lovers, buggers and thieves
Aw, but they’re cool people
Well I love that dirty water
Oh, Boston you’re my home
Oh, you’re the number one place
Dirty Water werd Vuil Water, de River Charles werd de Nete en Boston werd Lier in de cover door De Kreuners: http://tinyurl.com/jmlscup
Waarmee bewezen wordt dat nostalgici vooral coveren en kopiëren maar weinig nieuws brengen (grapje, Walter).
Mijn liefde gaat vooral naar musici die zich een breuk lachen met de Small Towns en hun small(town)talk.
It’s all small town talk, you know how people are
They can’t stand to see, someone else
Doing what they want to
And it’s small town talk, they tell alot of lies
Make some people crazy
Never realize that they’re sinkin
We’re all the same people, tryin to live together
Video Small Town Talk http://tinyurl.com/zkfg2vn
Small Town Talk is origineel van de ten onrechte onbekende Bobby Charles (hij schreef ook het prangende The Jealous Kind) en de betreurde Rick Danko, die er op zijn eerste solo album (1977) een echt The Bandnummer van maakte. Hier is een funky liveversie: http://tinyurl.com/j25235p
Boz Scaggs, die als geen ander een neus heeft voor briljante songs, nam het op voor zijn A Fool To Care-album maar check toch maar deze intieme, akoestische versie: http://tinyurl.com/j6j5qyh
Ook Jackie DeShannon coverde het, zij het bleekjes: http://tinyurl.com/h9waqq5
Laat ons eindigen met de briljantste anti-smalltownsong ever: Lou Reed en John Cale, who got the style it takes, op hun Songs For Drella, waarin ze de weerzin van Andy Warhol voor Pittsburg perfect verwoorden:
Where did Picasso come from
there’s no Michelangelo coming from Pittsburgh
if art is the tip of the iceberg
I’m the part sinking below
There is only one good thing about small town
there is only one good use for a small town
You know that you want to get out
When you’re growing up in a small town
you know you’ll grow down in a small town
there is only one good use for a small town
You hate it and you’ll know you have to leave